28.3.06

Drie Meningen over het Functioneren van de Regering SBY-Kalla.

(Three Opinions on SBY-Kalla Government: (1) Group Javanese Left: Papuans and Soldiers alike are Victims of Weak Indonesian Government, (2) Maluku Governor Ralahalu: Gratitude towards SBY for bringing Peace in Maluku, (3) Sydney Jones: Indonesian Government will be the first responsable when Autonomy Law turns out to be a Failure) ------- Groningen, 27-3-2006 ------- In de drie artikelen hieronder staan de meningen verwoord over het functioneren van President Susilo Bambang Yudhoyono en zijn regering uit een drietal hoeken, namelijk: ------- 1.)Een Groep Progressieve Javanen 2.)Gouverneur Ralahalu van Maluku 3.)Sydney Jones van de International Crisis Group. ------- Het is de moeite waard om die eens te met elkaar te vergelijken. De titels van de drie artikelen luiden als volgt: ------- 1.) Papuavolk en TNI/POLRI-Militairen Slachtoffers van Zwak Beleid SBY-Kalla. De linkse Javanen benadrukken dat de Regering SBY-Kalla niet veel doet aan de bescherming van de Indonesische burgers. Daarbij gooien ze de Papua’s en het personeel van de TNI/POLRI op een hoop. Dat is even met de ogen knipperen: Indonesische militairen als slachtoffers zien van de Indonesische machthebbers. Maar voor de grote meerderheid van hen is dat misschien wel waar: ze worden ook maar meegesleept in misdadige avonturen, die ze uiteindelijk zelf ook niet willen. In O. Timor schijnen ook heel veel Javaanse militairen te zijn gesneuveld. Het is goed om het ook eens van die kant te bekijken. ------- 2.) President SBY prijst Veiligheid in Maluku. Gouverneur Ralahalu van Maluku uit alleen maar zijn lof over SBY-Kalla. Het Molukse volk heeft jarenlang uitgezien naar de komst van SBY en Kalla, die Maluku in februari 2002 in Malino officieel de vrede hebben gebracht. Je vraagt je af: wie is de kerusuhan dan op 19-1-1999 officieel begonnen? De RMS? Nou, wij denken dat de Indonesische machthebbers daar meer van afweten. Misschien SBY en Kalla niet persoonlijk, maar zoals er in officiële plechtigheden mee wordt omgegaan lijkt de hele kerusuhan een wajangspel, waar sommige Molukkers uit de elite nog steeds gretig intrappen. ------- 3.)PAPUA De Gevaren van het Stopzetten van de Dialoog. De stem van Sydney Jones is een stem van de internationale wereld. Zij maakt zich zorgen over het lot van de autonomie van Papua. De Indonesische regering gaat daar veel te onzorgvuldig mee om. De situatie met betrekking tot het sluitstuk van de autonomiewet, de Papua Volksraad, is zelfs kritiek te noemen. Sydney Jones roept de Indonesische regering op om het probleem serieus te nemen. Maar ook de Papua’s krijgen een veeg uit de pan: zij moeten geen onrealiseerbare eisen stellen! Als het erop aan komt is een stem uit de internationale wereld altijd gericht op het koste wat kost in standhouden van haar troetelkind Indonesië. Daarop is de stem van Sydney Jones geen uitzondering. -------- Selamat Berdjuang Secr. Gerakan Maluku ------- 1.) Papuavolk en TNI/POLRI-Militairen Slachtoffer van Zwak Beleid SBY-Kalla. -------- Persverklaring KIRI, 17-3-2006 Onderwerp: Het Repressieve Karakter van het Veiligheidsapparaat. -------- Moge de dood van BRIMOB-agenten en de TNI-luchtmachtmilitair een aanleiding zijn voor de Indonesische regering om erover na te denken dat er iets concreets moet gebeuren, dat niet op papier blijft steken. VOOR DE PAPUABEVOLKING: SELAMAT BERJUANG TOT HET BITTERE EINDE! ALS ER DAN TOCH BLOED MOET VLOEIEN, LAAT DAT DAN MAAR IN RUIME MATE GEBEUREN. HET IS ONS AL EEN DOORN IN HET OOG DAT WIJ NU STEEDS MAAR DE WIJZE RAAD, OM DE VREDE TE BEWAREN, MOETEN HOREN VAN EEN CORRUPTE EN TYRANNIEKE STAAT ALS INDONESIË. Het Papuavolk en de TNI/POLRI-mensen zijn al het slachtoffer geworden van het zwakke beleid van de regering SBY-Kalla. Allereerst willen wij onze welgemeende condoleances uitspreken over de dood van drie POLRI-agenten en militair van de Luchtmacht van de TNI als gevolg van de bloedige botsing gisteren, donderdag, voor het gebouw van de Universiteit Cendrawasih in Abepura. Ook leven wij diep mee met de tientallen zwaargewonde slachtoffers, zowel van de kant van de politie als van de Papua-burgerij. Geweld blijft blijkbaar voortdurend een rol spelen bij het oplossen van de diverse conflicten, vooral in Papua. Het is zeker dat deze tragedie niet zou hebben plaatsgevonden als de agenten niet de opheffing van de door de studenten en Papuaburgers aangebrachte blokkade zouden hebben geforceerd. Dit optreden heeft de woede van de burgers opgewekt, waardoor bloedige botsingen niet meer konden worden voorkomen. De politieagenten, allemaal met een lage rang, en die mogelijkerwijs de ruzie tussen bevolking en de Freeport Indonesië Onderneming helemaal niet goed begrepen hebben, zijn het slachtoffer geworden van de onduidelijke houding van de regering in de afhandeling van de zaak rond Freeport. Het conflict is eigenlijk een conflict tussen de bevolking en Freeport, maar is later opgeschoven naar een conflict tussen de Papua’s en het veiligheidsapparaat(politie en leger). Het conflict tussen de Papua-bevolking en de Freeport Onderneming heeft al jarenlang geduurd; het had al die tijd een hoog geweldsgehalte. Maar tot nu toe is er helemaal geen beleid gevoerd door de regering SBY-Kalla om op een serieuze manier het Werkcontract met Freeport te reviseren. Dat wordt gevoeld als onrechtvaardig en niet bijdragend tot het welzijn van de arme en minder ontwikkelde Papuabevolking. De woede hierover heeft zich uiteindelijk dusdanig opgehoopt dat daardoor onnodige slachtoffers zijn gevallen, en dat zal zo doorgaan als deze lakse houding van de regering niet verandert. Als er al van één zijde verantwoording gevraagd mag worden dan is dat wel de centrale regering. Die beschikt over de autoriteit om de eisen van de Papuabevolking aan Freeport in behandeling te nemen. Vooral wanneer er als gevolg van deze bloedige botsing geweldsexcessen blijven doorgaan, onder anderen bij huiszoekingen in burgerhuizen en razzia’s in de Kampus van de Universiteit Cendrawasih, en ook bij arrestaties van burgers en activisten, zoals dat al gebeurd is met Selfius Boby, de Secretaris van het Front PEPERA, een organisatie die protestacties organiseert van Papuaburgers, die de sluiting van de Onderneming Freeport eist. Dit exces kan een echte oplossing van het Papua vraagstuk nog moeilijker maken. Daarom willen wij op deze wijze de volgende oproepen doen: Aan alle politieagenten in Abepura en aan alle Papua’s, om zich te beheersen; laat het alsjeblieft niet tot wraakacties komen. De wet moet gehandhaafd worden, tegenover beide kanten in het conflict, zodat de situatie tot bedaren kan komen. Razzia’s en arrestaties moeten stoppen. Aan alle Papuaburgers en studenten, om te verhinderen dat er activiteiten worden ontplooid die rechtvaardige strijd tegenover Freeport en de regering SBY zullen verzwakken. Wij zullen de strijd van het Papuavolk voor hun rechten steunen zolang die op vreedzame en geordende wijze wordt uitgevoerd. Aan de Regering SBY-Kalla, om onmiddellijk de eis van de bevolking van Papua om Freeport voorlopig te sluiten, om het conflict niet te laten escaleren. Er moet zo goed mogelijk worden heronderhandeld, zodat in het werkcontract de rechtvaardigheid weer terug te vinden is. Zonder zulk beleid is er een groot gevaar, dat bloedige botsingen en gewelddadig gedrag, zowel door Papuastudenten als door politie en militairen, door zullen gaan. Laten we de zaak van de ABEPURA BERDARAH (het bloedige Abepura) niet gebruiken voor doeleinden die er niets mee te maken hebben, maar slechts als protest tegen de onrechtvaardigheid, die het Papuavolk voelt als gevolg van de ertswinning van de Firma Freeport, en tegen het besluit van de Centrale Regering inzake vergunning aan en contract met Freeport. De stationering TNI/POLRI eenheden op Papuase grond vertroebelt slechts de zaak waar het eigenlijk om gaat. Maak van volk en land van Papua geen militaristisch gebied, waarin het aantal slachtoffers onder de bevolking en het veiligheidspersoneel alleen maar toeneemt, zoals in Atjeh, waar ook veel militairen en politiemensen hebben geleden en het slachtoffer zijn geworden van het DOM-beleid(Gebied voor Militaire Operatie) ten tijde van de Orde Baru, en van de Militaire en Civiele Noodtoestand ten tijde van de Orde Reformasi. HS. Dillonn, Hendardi, Romo Benny Susetyo, Franky, Sholahudin Wahid, Dita Indah Sari, -------- Sukardi Rinakit.Bron: www.ambon.com ; RAKYAT PAPUA DAN PRAJURIT POLRI/TNI MENJADI KORBAN DARI KEBIJAKAN SBY-KALLA YANG TIDAK ASPIRATIF. Vertaling: Secr. Gerakan Maluku. ------ 2. President SBY prijst Veiligheid in Maluku. ------ Radio Vox Populi, 18-3-2006 Reporter: Azis Tunny ------ De President van de Republiek Indonesië, Susilo Bambang Yudhoyono (SBY), heeft gezegd trots te zijn bij het zien van een dusdanig goede veiligheidssituatie in Maluku, vergeleken met enkele jaren geleden, toen dit gebied nog werd geteisterd door religieuze/etnische/sociale(SARA) onlusten. Dit heeft SBY verklaard in een rede ter gelegenheid van de officiële opening van een pakket van 50 Begrotingsprojecten van de provincie Maluku, die hij op zaterdag 18-3-2006 gehouden heeft in het museum "Baileu Siwalima". SBY, die ten tijde van de regeringen van Abdurahman Wahid en Megawati Sukarnoputri de functie bekleedde van Minister voor de Coördinatie van Politiek en Veiligheid, bezocht in die hoedanigheid vaak het bovengenoemde conflictgebied Ambon. Volgens hem is de situatie hier op dit moment niet te vergelijken met die van toen. "Ik ben verheugd, en prijs mij gelukkig, als ik zie dat de veiligheidssituatie in Ambon al zo goed geworden is, ja dat die zelfs al bijna normaal geworden is", zei hij. SBY zelf was één van de initiatiefnemers van het Molukse Vredesakkoord van Malino, Zuid Sulawesi, in februari 2002, beter bekend als het Malino II Akkoord. Bij de totstandkoming van dit Akkoord zijn van de twee strijdende partijen in Maluku, religieuze en sociale leiders, tot aan grassroot-leiders toe, bijeen geroepen, zodat dit in brede kringen van de Molukse bevolking, en ook voor de regering als een mijlpaal beschouwd wordt, en als een keerpunt voor de conflictsituatie in Maluku. "Het beëindigen van de Molukse kwestie was een hoofdtaken in mijn dienstfunctie in de vorige kabinetten. Ik ben tevreden als ik zie hoe de situatie nu is", sprak hij. SBY vertelde dat hij ooit eens bij een ontmoeting tussen de twee elkaar bestrijdende groepen in Maluku aanwezig was. Tijdens deze ontmoeting had hij een scheldkanonnade te verduren uit de mond van een volksvertegenwoordiger, die de ontmoeting bijwoonde. Maar toch heeft deze scheldpartij, naar zijn zeggen, hem nog meer gestimuleerd om mee te helpen het Molukse Conflict op te lossen. Bij deze gelegenheid heeft SBY zijn verklaring herhaald, die hij ten tijde van het Malino II Akkoord tegenover de Molukse bevolking al had uitgesproken, en later ook weer toen hij Ambon bezocht na het platbranden van het Gouvernementskantoor in Maart 2003, toen hij met een aantal andere staatslieden de situatie in Ambon kwam bekijken en tegelijk een vernietigingsceremonie bijwoonde van bij razzia’s in beslaggenomen wapens. "Toen heb ik gezegd dat er in de toekomst in Ambon en Maluku geen geweld meer zal zijn, geen bloed en geen tranen meer zullen vloeien, maar dat er dan wel broederschap, vrede en wederopbouw zullen zijn. Ik hoop dat de vrede, zoals die zich nu vertoont, zal blijven bestaan, totdat er weer wederopbouw wordt uitgevoerd", benadrukte hij. Hij zei ook dat er in de verleden tijd niet alleen gebouwen zijn vernield, maar dat er ook doden zijn gevallen, en dat mensen er ook trauma’s aan hebben overgehouden. Het afgelopen conflict draagt een religieus symbool, maar er is geen enkele religie die geweld predikt. Zo beschouwen islamieten hun godsdienst als een religie van genade voor de hele wereld, en bij christenen is een bekend thema de liefde, en de vrede op aarde, terwijl in het Hindoeïsme en het Boeddhisme de rechtvaardigheid, wijsheid en dienstbetoon bekende thema’s zijn. "Met deze religieuze waarden moeten wij ons dagelijkse leven inrichten, zodat op deze wijze een leven in vrede geschapen wordt. De Molukse samenleving moet gekenmerkt worden door broederschap en eendracht ter wille van de opbouw van dit gewest", zo spoorde hij de mensen aan. Ondertussen had de Gouverneur van Maluku, Karel Albert Ralahalu, al eerder in zijn speech gezegd, dat sinds SBY zijn functie van President op zich heeft genomen, de bevolking van Maluku vurig heeft gehoopt op zijn komst naar Maluku, omdat hij zich verdienstelijk heeft gemaakt voor de beëindiging van het Molukse Conflict. "De Molukse bevolking wacht al lange tijd op Uw komst. Uw bijdrage aan, en Uw rol in de beëindiging van het Molukse Conflict, is zeer significant", stelde hij. Ralahalu zei dat als gevolg van het Molukse Conflict er tot op dit moment nog verschillende onopgelost problemen zijn, zoals de vluchtelingenkwestie. Volgens hem zijn in de jaren 2003 tot 2006 de zaken van 49.821 vluchtelingengezinnen al afgehandeld. Op dit moment zijn er nog 3.850 gezinnen die in afwachting zijn van de afhandeling van hun zaak, die voor het einde van het jaar 2006 zal plaatsvinden. Over dit vluchtelingenprobleem zei SBY dat het een prioriteit van de regering moet zijn om de kwestie van deze resterende vluchtelingen onmiddellijk en goed op te lossen. SBY is ook op 17 en 18 maart 2006 naar Maluku gekomen om het District Buru te bezoeken, in verband met de oogstplechtigheden aldaar. Deze gelegenheid heeft hij ook aangegrepen om de slachtoffers van de kleine tsunami als gevolg van de aardbeving van 6,4 op de Schaal van Richter in de dorpen Pela en Batu Jungku, Onderdistrict Batabual, te bezoeken en daar noodhulp af te geven. Bij die gebeurtenis waren er drie burgers omgekomen en honderden huizen van kustbewoners vernield nadat ze door vijf tot zeven meter hoge golven waren meegesleurd. Tijdens zijn bezoek aan Ambon heeft SBY de officiële opening verricht van een pakket van 50 projecten in Maluku, ter waarde van 191.4 Miljard Rupiah. Tot het opzetten van deze projecten is het initiatief genomen door de president zelf, in zijn Presidentiële Instructie Nr. 06, 2003, inzake het Herstel van Maluku en Noord Maluku van na het Conflict. -------- 3. PAPUA De Gevaren van het Stopzetten van de Dialoog ------ International Crisis Group, 23-3-2006 Asia Briefing nr. 47. ------ Jakarta/Brussel: Er bestaat een levensgroot gevaar, dat de lang verwachte PAPUA VOLKSRAAD(MRP) op instorten staat, slechts vijf maanden nadat ze is opgericht, waarmee de hoop op ontspanning in de relatie tussen Papua’s en Centrale Regering vervliegt. De Papua Volksraad was ontworpen als de kern van het autonomiepakket, dat de meest oostelijke provincie van Indonesië in 2001 werd gegund. Alleen, bijna vanaf het moment van ontstaan werd ze geconfronteerd met twee zware crises, namelijk (1) de vastgelopen besprekingen over de legale status van West Irian Jaya, de in 2003 van West Papua afgesplitste nieuwe provincie, en (2) de gewelddadigheden die zijn opgelaaid naar aanleiding van de protestacties tegen de reusachtige Freeport Mijn, waarbij Jakarta haar bemiddelende rol niet serieus nam. Om de echte dialoog weer op gang te brengen en de Papua Volksraad te redden voordat het autonomie-proces helemaal is ingestort, zou President Yudhyono een ontmoeting moeten hebben de Papua Volksraad, om de erkenning van het belang ervan tot uitdrukking te brengen, maar tegelijk zou de Papua Volksraad ervan moeten afzien om niet-onderhandelbare eisen te stellen, en realistische politieke opties moeten presenteren om de autonomie werkbaar te maken. Papua leiders hadden de Papua Volksraad beschouwd als een vertegenwoordigend lichaam van inheemse leiders, die de Papua cultuur en Papua waarden zou beschermen, ondanks de immigratie op grote schaal van elders in Indonesië en de exploitatie van de natuurlijke rijkdommen van de Papua’s. Politici uit Jakarta zagen de Papua Volksraad als een weg waarlangs het Papua nationalisme zich kan ontwikkelen, en verzwakten opzettelijk haar macht en vertraagden haar oprichting. En toen ze er uiteindelijk wel was gekomen, was de provincie al in tweeën gesplitst en waren veel Papua’s teleurgesteld in de autonomie en sommigen vroegen zich af hoe de Papua Volksraad onder zulke omstandigheden zou kunnen functioneren. De autoriteit van de Papua Volksraad blijft onzeker. Als ze zich door deze twee crises zal weten te manoeuvreren, dan zal ze toch in staat zijn andere ernstige grieven te behandelen, en precies dat is wat bij de Papua’s tot nu toe ontbrak, namelijk een echte representatieve gesprekspartner met Jakarta. Als dat mislukt, dan betekent dat niet alleen de vermindering van haar legitimiteit, maar dan zal de rancune van de plaatselijke bevolking tegen de centrale regering vrijwel zeker toenemen. De seinen staan op rood. Terwijl er onderhandelingen tussen de Papua Volksraad en de centrale regering gehouden werden om de het probleem van de betwiste legale status van de afgesplitste provincie West Irian Jaya op te lossen, autoriseerde Jakarta plotseling de gouverneursverkiezingen, waarmee ze buiten het autonomieproces om de status van West Irian Jaya als een aparte provincie definitief vastlegde. De Volksraad had ondanks de ferme retoriek, die ze uitsprak, al tekenen van bereidheid om compromissen te sluiten laten zien, maar in plaats van daarop in te spelen, deed de centrale regering er niets mee. Nu worstelt de Volksraad met de vraag of de onderhandelingen nog wel kunnen worden voortgezet, en zo niet, of ze zichzelf dan niet moet opheffen. Maar met de hoge opkomst in bepaalde gebieden bij de verkiezingen in West Irian Jaya, en de steun die dat impliceert foor de nieuwe provincie, is een belangrijkere vraag of de Papua Volksraad nog wel een relevante factor is. Ondertussen wordt er op door studenten geleide demonstraties in Papua, en door Papuastudenten geleide demonstraties op Java en Sulawesi, de sluiting geëist van Freeport mijn in Timika en de terugtrekking van de militaire troepen daar. Deze demonstraties zijn eind februari 2006 geëscaleerd, en zijn op 16 maart 2006 uitgelopen op een bloedige botsing in Abepura, waarbij vier politieagenten en een luchtmachtofficier om het leven gekomen zijn en verscheidene burgers zijn gewond. Bij de daaropvolgende razzia’s is de politie nogal hardhandig opgetreden, en de atmosfeer blijft gespannen. De pogingen van de Papua Volksraad om de centrale regering bij de zaak te betrekken werden onmiddellijk aan te kant geschoven. Succesvolle bemiddeling door de Papua Volksraad worden meer cruciaal naarmate de kansen dat dit soort bemiddelingen zullen plaatsvinden verder weg liggen. De Volksraad is het ook tot nu toe nog niet gelukt om zich in de picture te werken, maar het is nu aan de centrale regering om daar wat aan te doen. Als er voldoende vertrouwen kan worden herbevestigd om de dialoog te voeren, dan kan een compromis over de kwestie West Irian Jaya mogelijk zijn, dat gebaseerd is op het basisakkoord dat in november 2005 bereikt is door de centrale regering en de provinciale Papuase topleiders. De essentie van het akkoord was dat Papua een economisch, sociale en culturele eenheid zou blijven, afgezien van de administratieve indeling. Dat betekent dat er slechts één Papua Volksraad is, en dat de fondsen die door de centrale regering ter beschikking worden gesteld, en de opbrengsten van de grondstoffenontginning in elke provincie(goud en koper van de Freeport mijn in de provincie Papua, en het aardgasproject van BP in West Irian Jaya) door beide provincies verdeeld worden. Sinds de verkiezingen is de onderhandelingspositie van de Papua Volksraad nog verder verslechterd, maar het is van essentieel belang dat op dit punt een compromis bereikt wordt, en dat is niet alleen in het belang van de oplossing van deze twee crises, maar ook om de Papua Volksraad als institutie goed te laten functioneren. Mislukking in de ondersteuning van de Papua Volksraad zou bijna zeker een fatale klap zijn voor het autonomiepakket, waarin sowieso veel Papua’s al hun vertrouwen aan het verliezen zijn. Gegeven de huidige situatie van onzekerheid in Papua is het in ieders belang om ervoor te zorgen dat dit niet gebeurt.